Text Size

De zon weerspiegelde de kastanjebomen in de ‘Grote Gracht’. Het avondlicht schilderde de warme kleuren in het water van een onverwacht spectrum groen afgezet met een diepblauwe lucht. Een ideale tijd voor mijn dagelijkse ‘coronawandeling’ om de oude stadsgracht. Deze keer liep Grietje met me mee, een zestienjarige ‘spring in ’t veld’ met lange donkere haren, diepgrijze ogen en een spleetje tussen haar voortanden. Als ze lachte werden de betoverende kuiltjes in haar wangen zichtbaar. Ze hield van dansen en het leven was één groot feest. Ze had grootste plannen, ze wist het zeker: later ga ik dansen bij het nationale ballet. Ze dartelde voor me uit op het grindpad en dook af en toe in de graskant om een bloemetje voor me te plukken. Ze bruiste van levensenergie, het half uurtje wandelen vloog voorbij. “Morgen komen mijn broers Michael en Philip, doeii”. 

 

De gebroeders kwamen een kwartier te laat aanhollen bij het begin van het grindpad naast de begraafplaats. Michael, zeventien jaar, een atletische gestalte, sluik zwart haar en donkere ogen verontschuldigde zich: “we moesten van pa nog in de winkel helpen”. Hoewel hij twee jaar jonger was als Philip deed hij woord. “Zullen we deze keer hardlopen, jij mag een voorsprong tot bij de visstek tegenover de kerk, oké?” Philip, die zijn kansen al ingeschat had zei: “Doe normaal man, daar zit ie echt niet op te wachten” Hij was de tegenpool van Michael, bedachtzaam, een denker, na zijn mulo-examen was hij naar de kweekschool gegaan, zijn broer was regelmatig het slachtoffer van het aanscherpen van zijn praktische pedagogische kwaliteiten. Ik koos voor een compromis, nadat ik 30 meter een schijn wedstrijd met Michael inzette en hij me voorbijvloog, had ik nog een kort gesprek met Philip over zijn aanstaande eindexamen.

 

De volgende dag waren de hoge rietkragen en graskanten gemaaid door de gemeentewerkers, het uitzicht op de gracht was beduidend verbeterd. De geur van gemaaid gras was overweldigend. Hoewel de lucht meer betrokken was kon je ondanks de wind bescherming vinden naast de machtige kastanjebomen met hun getande bladeren en hun uitbundige bloei van grote witte pluimen. Deze keer liepen de gezusters Eva, 23 jaar en Vroukje 26 jaar mee. De twee dames kwamen schaterlachend bij de gracht aan. Ze wilden me niet vertellen waarom ze plezier hadden. Eva kon met gemak gekozen worden tot miss Holland. Ze heeft lang donker golvend haar, diepbruine ogen en duidelijk zichtbare jukbeenderen.  Met haar glimlach kon ze iedere man veroveren. Ze is verloofd met David die in Amsterdam woonde en die haar iedere zondag bezocht. Vroukje is een natuurmens, die dingen zag die een ander nauwelijks opmerkte.  “Kijk daar zwemmen kuifeenden, die duiken met hun zwart-witte verenpak naar hun voedsel. Ze eten waterdieren tussen de planten en hebben een opvallend geel oog zei ze enthousiast.”  Een wandeling rond de gracht voelde aan als een les praktische biologie. Na de wandeling liepen de zusters kwebbelend naar huis.

 

Als laatste van de zeven kinderen liep ik met Marie (28 jaar) en Marcus (27jaar) Marie is het enige kind wat uit huis woonde. Ze was net getrouwd met Eli Jas, ze woonden ook in de Korte Havenstraat enkele blokken verder als haar ouderlijk huis. Marcus was voorbestemd de manufacturier zaak van zijn vader over te nemen. In feite had hij al zo’n beetje de leiding. Tijdens de wandeling vertelde hij zijn plannen voor de toekomst met de zaak.

 

Als laatste wandelde ik met de ouders van de zeven kinderen Joseph van Bergen (56jr) en Feikje van Bergen-Davidson (54 jaar).  Zij runden een winkel in meubels en kleding in de Korte Havenstraat 22. Boven hun zaak hadden zij een kleine synagoge ingericht.  Joseph vertelde hoe hij genoeg mannen bij elkaar gekregen had om een synagoge te beginnen met onder andere de families Rosenthal, Meijer, Vos en bakker Mooij. Feikje vertelde van hun plannen om naar Amsterdam te verhuizen en wat daar allemaal bij kwam kijken.

 

Enkele maanden heb ik mijn ‘corona-wandelingen’ volgehouden. Door de intelligente Lock-down zocht ik een plek om dagelijks te wandelen waar het nog rustig was dicht bij huis rondom de gracht. Een mooi wandelpad langs de oevers van de gracht en een mooie weg met gigantische treurwilgen die met hun afhangende takken de gracht raakten. In het midden van de gracht stonden drie prachtige beelden van Naiaden (waternimfen) waartussen de futen nesten gemaakt hadden. De route liep langs een weg die de beide plaatselijke begraafplaatsen scheidde. Alles ademde een sfeer van een serene rust en vrede. In die meer dan honderd wandelingen kwam ik aan die weg steeds het onderstaande oorlogsmonument tegen. 

IMG 3666

 

In het begin leerde ik de namen uit mijn hoofd. Later wilde ik hun herinnering tastbaar maken door ze om beurten virtueel uit te nodigen voor een wandeling. Daarbij ben ik uitgegaan van de leeftijd op de gedenksteen.

 

De familie van Bergen werd in Amsterdam uit hun huis geschreeuwd door de SS op de trein naar Westerbork gezet vanwaar ze in een veewagen gedreven werden als gezin en naar Auschwitz afgevoerd.  Bij aankomst werd Michael geslagen direct naar de gaskamer geschopt om daarna gecremeerd te worden. Joseph en Feikje moesten nog een maand in de hel wachten voordat ze hetzelfde lot ondergingen. Marie is een half jaar later in Sobibor om het leven gebracht. Weer een jaar later volgden de andere kinderen.

 

Zij mogen nooit vergeten worden!! Memento Mori

.

Pin It