Text Size

Onze identiteit wordt vooral bepaald door onze herinneringen. We hebben opgeslagen wie we zijn en hoe we in bepaalde omstandigheden reageren. Films van dementerenden en andere mensen  die iedere ochtend wakker worden en steeds weer moeten uitvinden wie ze zijn, zijn vaak hartverscheurend. Naast onze bewuste herinneringen hebben we ook nog veel meer impliciete, onbewuste herinneringen. In onze linkerhersenhelft vinden vooral de bewuste processen plaats, daar worden problemen opgelost en doen we aan lange termijnplanning. De rechterhersenhelft heeft veel te maken met ervaren van gevoelens, non-verbale input, motivatie en identiteit. De hersenactiviteit in de rechterhersenhelft verloopt veel sneller het werkt boven en onderbewust.

Wat wij onbewust noemen is vaak een aangeleerde vaardigheid die ingeslepen en geleerd is door de rechterhersenhelft en die ons vaak in actie zet of beïnvloedt zonder dat we dat in de gaten hebben. De hersenactiviteit rechts gaat bij die aangeleerde processen 200x zo snel als het bewuste denken. Uiteindelijk zal daardoor ook de interpretatie van ons denken veranderd worden door die aangeleerde processen. Als een vaardigheid van de rechterhersenhelft meer dan een maand ingeslepen is wordt het een onbewuste automatische prikkel die ook de linkerkant het bewuste beïnvloedt. Het snelle brein heeft dus alles te maken met gevoelens en non-verbale info , waarvan de verwerking onbewust een bepaald gedrag triggerd. Tot zover de ‘ wetenschappelijke basis’ van dit verhaal. Nu enkele luchtige voorbeelden van het snelle brein.

Mijn moeder vertelde dat toen ik vijf jaar was er een meisje genaamd Sjanneke was dat heel heftig op mij reageerde. Ik had haar schijnbaar een keer geplaagd en ze achterna gezeten. Doordat we in dezelfde straat woonden speelde ik vaak ook voor haar huis. Als kind merkte ik dat ze steeds minder non-verbale prikkels nodig had om schreeuwend haar moeder op te zoeken en te doen alsof ik haar wilde vermoorden. Dit proces kon ik faciliteren door soms een stap in haar richting te maken waarna ze weer moord en brand schreeuwde. Op het laatst was zelfs een klein knikje met mijn knie voldoende om haar in de gordijnen te jagen. Het snelle brein voltooide deze vaardigheid als ik alleen maar haar huis voorbijliep. Het eigenaardige was dat er in het snelle brein van haar moeder ook iets geleerd was. Als ik nietsvermoedend voorbij liep kwam ze scheldend en briesend de deur uit en beschuldigde me van de meest vreselijke dingen, terwijl ik me van geen kwaad bewust was.

Jong geleerd oud gedaan. Ik heb geleerd dat ik veel van die snelle onbewuste breinacties kan programmeren ten goede en ten kwade. Het is vergelijkbaar met de Pavlov reflex. Ik heb een vergelijkbaar experiment gedaan met onze katten Boris en Marie.

We woonden in een ‘doorzonwoning’ , de etensbakjes van de katten stonden in de keuken aan de achterkant van ons huis. Deze keuken stond in verbinding met de gang naar de voordeur. Ik begon de vaardigheidstraining door de katten voor de voordeur te parkeren en dat er aan de achterkant van ons huis iemand heel hard ‘ETEN’ schreeuwde. Ze kregen door dat ze niet langs de kortste weg namelijk de gang en de keuken naar hun bakjes terug konden lopen maar om ons hoekhuis heen moesten lopen. Na een paar keer liet ik de voordeur open en zette de katten voor de deur, ze wilde omkeren naar de keuken maar dat verhinderde ik zodat ze de deur uitliepen om het huis naar hun begeerde bakjes. Je begrijpt het al: zo liet ik ze iedere keer een stukje verder van de open deur los en ze oefenden steeds meer om de omweg  via de voordeur te gaan. Totdat ze na 4 weken zelfs in de keuken losgelaten werden en niet gelijk naar de bakjes liepen maar via gang, voordeur en om het huis. De ultieme oefening was om de katten voor de etensbakjes te plaatsen en ze te leren de etensbakjes voorbij te laten lopen via de geleerde route.  Een vriend van ons, een bioloog geloofde het niet tot hij het zelf zag. Ik heb de ‘truc’  verder geperfectioneerd door aan kinderen uit de buurt te vragen welke route de katten moesten lopen naar hun bakjes, de ‘korte’ rond het huis of een ingewikkelde via andere huizenblokken.  Ik adviseerde de korte omdat het anders een beetje zielig was voor de katten waar de meeste kinderen mee instemden. Nadat ik zogenaamd  de korte route in de oren van de katten gefluisterd had rende ze als een speer het huis rond. Succes verzekerd!

Zoals gezegd je kunt de wetenschap van het snelle brein ook gebruiken om goede dingen in relaties te programmeren. Als ik als klein kind in bad moest ervoer ik dat altijd als een onprettige bezigheid. Mijn goedbedoelende moeder boende en schrobde me iedere week en ik vond het maar niks.  Toen het mijn taak was om onze dochter iedere zaterdag in bad te wassen, nam ik me voor om het anders te doen. In een vrolijke bui maakte ik allerlei grapjes en zo werd het in bad gaan voor Karin een feest. Ik moet toegeven dat ik die instelling niet altijd had maar het hielp dat ik me bewust was het snelle brein te oefenen. Nu na 35 jaar is het bad voor Karin onze gehandicapte dochter nog steeds een super ontspannende aangelegenheid ook als ik er niet bij ben om geintjes te maken. Het kost wat energie maar je krijgt er wat voor terug.

Natuurlijk besef ik dat er ook genoeg verkeerde patronen aangeleerd kunnen worden en dat dat leerproces van veel dingen afhankelijk is niet in de laatste plaats van een aantal basisvoorwaarden in onze grijze massa. Nog een laatste succesvoorbeeld.

 

koffie leut

 

Karin wordt sinds jaren iedere vrijdag naar de dagactiviteit in IJsselstein gebracht.  De eerste jaren was er heel veel stress omdat ze met de regiotaxi vervoerd werd. Die kwam altijd te laat of helemaal niet, wat bij onze enigszins autistische dochter veel stress en gezeur opleverde.  We besloten ze zelf te rijden.  Ik had me voorgenomen van deze stresssituatie een feest te maken. Net voor  IJsselstein is een parkeerplaats die ook als pool plaats gebruikt wordt. Daar staat ’s morgens een ‘koffie leut’  wagen die de wachtende lifters een kopje koffie aanbiedt.  De eerste keer reageerde ik daarop met: “Moet je nou eens kijken die gaan eerst koffie drinken en dan pas werken. Zijn ze nou helemaal, je moet eerst werken en dan koffie drinken, he Karin?  Door mijn heftige reactie moest ze een beetje lachen.  Je begrijpt het al, iedere keer als we er langs kwamen reageerde ik heftig op die ‘luie’ koffiedrinkers.  Langzamerhand ging Karin ook lachend meedoen.  Daarna gebeurde het dat toen we nog niet bij de koffieleut plaats waren we al reageerden van: “ Het zal toch niet waar zijn, dat ze er weer staan.” Waarna we beide quasi boos en geërgerd reageren en daarna het ‘bescheurde’ van het lachen.  Vaak hebben we zoveel pret in de auto dat ze helemaal uit haar dak gaat en me van plezier op mijn benen sloeg. Een volle gulle spontane lach die voor mij ook een cadeautje is. Al lachend komt ze op haar werk. Een goed begin voor ons alle twee van de dag. Het kost wat inspanning om het snelle brein te activeren en programmeren, maar dan heb je ook wat.

Probeer het zelf maar eens.

 

reacties: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

Pin It